De vrijwillige dood
Mensen sterven vrijwillig.
Ze moeten wel:)
Als aan de voorwaarden om te leven iet meer voldaan wordt, laten we het, het leven.
Dat heet overgave.
En die komt soms pas op het allerlaatste moment.
Maar hij komt, onherroepelijk.
Maar vóór die tijd…!
We willen soms iets afmaken. Om (klein)kinderen te zien opgroeien, nog met hun partner te genieten, het leven nog te proeven. Als honing. Als flow. Als bitterzoete rollercoaster. Of omdat we bezorgd zijn om iemand.
Ik heb enkele mensen zien sterven in mijn leven. Eén van die mensen is een vrouw die vroeger mijn oppas is geweest.
Over haar wil ik iets vertellen.
Ik kreeg een mail: “Ben jij Andrea van die en die, uit ons dorp dichtbij?” Ja, dat ben ik.
“Mijn moeder vraagt naar je broer en jou. Ze was 45 jaar geleden jullie oppas en ze hielp in de huishouding. Ze is ernstig ziek en gaat binnenkort sterven. Ze wil jullie graag zien”.
Er daagt mij iets. Die vrouw die mij (te) stevig vasthield in het fietsstoeltje, vastberaden mij er niet uit te laten vallen. Ik was 3. Haar hand voelde hard. Ik was een beetje bang voor haar kordate zorgzaamheid. Haar Achterhoekse moederliefde.
Ze vraagt naar me. Dat is niet hard, dat is hartverwarmend. Ik heb haar 45 jaar niet gezien… zou niet weten hoe ze eruitziet.
Meteen staat mijn knop áán. Dit telt.
Ik bel mijn broer en we spreken af een week later samen op bezoek te gaan bij deze vrouw-van-vroeger, aan wie we beiden wat onduidelijke maar ook heel goede herinneringen hebben.
Maar die tijd hebben we niet. Ze gaat te hard. Ik krijg een telefoontje. Ze is al bijna vertrokken.
Daarom stap ik de volgende ochtend simpelweg in de auto.
Door een kamer vol familieleden, word ik naar de gelijkvloerse slaapkamer geleid.
Daar ligt ze.
Ze kan niet meer spreken. Ik zeg haar naam. Ik zeg mijn naam.
Ik zeg dat het goed gaat met mij en mijn broer.
Ik zing een liedje, het liedje dat mijn moeder altijd zong als ze weer iets “verkeerd deed” in het huishouden. Een kopje stuk laten vallen, thee knoeien of de melk aan laten branden. Want dat kon ze.. “Óóózewiezewóóó….zewiezewallakristallakristóóó….” Mijn moeder is direct even bij ons, door het liedje.
Er gaat een rilling door het lichaam waarvan ik de hand vast houdt.
Een rilling van verlichting. Hierna zinkt ze weg om nooit meer te ontwaken.
Ik kom terug in de kamer met familie. Stil. Ik krijg wat uitleg. Deze vrouw, die onze oppas was, heeft mijn broer en mij lang te logeren gehad, toen onze ouders op vakantie gingen.
Op de afgesproken avond, waarop onze ouders op zouden komen halen – er waren nog geen mobieltjes, wel afspraken – stonden mijn broer en ik verlangend met onze koffertjes aan de stoeprand.
Er kwam niemand.
Dus nog maar een extra nachtje logeren.
De reden laat ik onvermeld. Maar onze oppas heeft zich haar leven lang zorgen gemaakt om mijn broer en mij. Tot op haar sterfbed.
Hoe blij ben ik, dat ik voor haar een liedje kon zingen.
We sterven vrijwillig. Omdat het toch moet. Zo mooi, als we op de valreep iets rond kunnen maken.
Begeleiding bij sterven
Ik ben beschikbaar voor het verlenen van pallitatieve zorg aan huis/ziekenhuis / hospice. Met gesprek, een lied of lichte massage.
Ik ben geen geregistreerd geestelijk verzorger.
Voor een afspraak met mij kun je mailen of de beschikbaarheid bekijken in de online agenda