Iedereen vindt vrouwen van 50+ leuk
Ik hoop dat het waar is wat ik nu ga schrijven.
Toen ik 10 jaar geleden mijn organisatie Bewust Meppel en Bewust Netwerk gedag zei, had ik plannen om een zelfde intitiatief voor ouderen op te zetten.
Bevlogen als ik was, wilde ik dat ouderen een goede vindplaats on line zouden hebben voor allerlei activiteiten en diensten. Daarnaast, net als in de landelijk uitgerolde bewstzijnsnetwerken, wilde ik ontmoetingen stimuleren en het respect voor ouderen opkrikken.
Ik dacht namelijk dat “de oudere” best wat meer in de zon gezet mocht worden, gewaardeerd, maar ook aangesproken op zijn of haar verantwoordelijkheid in de maatschappij. Zijn wijsheid moest niet gemist worden. En dat moest hij zelf ook beseffen.
Zo bedacht ik een concept voor in het bedrijfsleven. Ik noemde het “grantparenting”. Dat woord had ik uit één van mijn opleidingen meegebracht.
Het ging erom, dat je een oudere een tijdje mee kon laten draaien in een bedrijf. Een week, een maand, of zelfs een jaar.
Met “een oudere” bedoelde ik dan iemand, die langer geleden veel ervaring had opgedaan met een vak, en die dan zijn wijsheid zou kunnen leggen naast de nieuwlichterij van de hedendaagse vakmensen.
Ik zag reclame-ontwerpers van toen temidden van tijdelijke collega’s hun licht schijnen op de reclame van nu. Ik zag meesters en juffen die samen met onze leraren spraken over tips en tricks in de klas van toen en nu. Ik zag een hoop lol, verbinding en saamhhorigheid. Ik zag bakkers en logistiek medewerkers en… mijn hoofd tolde en de wereld een plek vol respect voor onze ouderen.
Want dat was er niet, dacht ik.
Tot ik grijs werd.
Dat begon eigenlijk al op mijn 27e. Maar daar wist Henna wel raad mee.
Vanaf mijn 44e liet ik het erbij. Ik werd 50. Loodgrijs. Staalgrijs. Zilvergrijs. Blondgrijs. Whatever.
In elk geval begon ik me al aardig oud te voelen.
Tegelijkertijd verschoof iets dat me mijn beeld deed bijstellen over hoe ouderen benaderd worden.
Ik werd vaker met “u” aangesproken, juist door jongeren.
Er werd minder tegen me geduwd in de volle coupé in de trein.
Mensen – ook mannen – wachtten vaker tot ik was uitgepraat. Of tot ik er langs kon.
Vooral jongeren leken me gemakkelijker in vertrouwen te nemen over van alles en nog wat.
Dit ben ik als therapeut gewend. Maar in mijn persoonlijk leven viel het op.
Vrolijk trok ik de opgewekte voorbarigheid: “iedereen vindt vrouwen van 50+ leuk!”
Er was helemaal niet weinig respect, er leek meer respect te zijn dan ik verwachtte.
Ik ben niet oud. Ook al schreeuwt mijn ego moord en brand. Vooral als mijn danspassen zo soepel niet meer gaan als voorheen. Dan roept het: “Mijn tijd is op, dit was het! Adieu!”
Maar door dat respect dat ik ervaar met grijs haar, geloof ik nu toch: We hebben best wel respect voor ouderen. Het zit nog in onze cultuur.
En dat is fijn, met een land vol grantparents.
Dáárom zit het ons collectief niet lekker, dat de ouderenzorg voor de oudste ouderen te weinig geld heeft. En te weinig mensen. Het zit ons helemaal niet lekker dat mantelzorg zo uitputtend moet zijn. Velen van ons voelen ongemakkelijk bij deze situatie. En we moeten ons ook ongemakkelijk voelen over dingen die niet kloppen.
Dat laat ons mens zijn en geen machine.
Voor grantparenting in bejaardenhuizen zouden we het personeel kunnen laten coachen door ouderen. Hm.
Maar die dapper thuiswonende tachtigers bereik je daar niet mee. Hm.
Die laat ik dan wonen in hofjes, in kleine huisjes tussen anderen, jong en oud. Hm.
Ik weet alweer waarom ik geen politica ben geworden.
Het duizelt me voor mijn eerste plan indaalt.
Ik ben er te jong voor, denk ik.
Grote mensenwerk is het.
Maar hoe ik het graag zou zien, weet ik wel.
Respect voor jong en oud, tot aan de kist.
Ieder zijn fase, ieder zijn inbreng.
Benieuwd hoe ik werk? Maak een afspraak met mij